Rol van een voorzitter
‘Ik hou vergaderingen altijd kort. Iedereen krijgt bij mij het woord, kan vragen stellen en zijn zegje doen. Maar een spreker die zijn woorden telkens herhaalt of een discussie probeert uit te lokken, kap ik meteen af. Daarvoor zijn de werkgroepen. Een uur vergadertijd is bij mij dus echt zestig minuten vergaderen. Wel zo helder.’
Gerrit Frijstein is ruim twee jaar voorzitter van de Cliëntenraad Den Haag & Leiden, maar zit bijna acht jaar in de raad. ‘Ik ben destijds door FNV Bond gevraagd om in de raad zitting te nemen en dat leek mij wel wat. Ik was al actief als penningmeester in een aantal verenigingen en stichtingen, zoals het Haags Vredesplatform en Stichting Digitaal Den Haag en had wel zin om mij in te zetten voor de cliëntenraad. Bovendien kende ik het UWV natuurlijk al als cliënt en als re-integratiebegeleider. Het leek mij goed om mij juist voor die groep in te zetten. Dat ik uiteindelijk zo lang zou blijven, had ik toen niet verwacht.’
Geen derde termijn
‘Acht jaar geleden ben ik ook meteen vicevoorzitter geworden. Daardoor heb ik dit “vak” van heel dichtbij kunnen meemaken. Maar ik doe het zeker niet op dezelfde manier als mijn voorganger. Ik heb zo mijn eigen stijl en het is aan de raad of zij die accepteren of niet. Ik denk dat ze dat wel doen, want er is mij gevraagd of ik niet wil aanblijven en een derde termijn wil aangaan. Dat doe ik dus niet. Ook mijn opvolger – ik ga in maart 2013 stoppen – zal zijn eigen pad daarin moeten vinden. Wat dat betreft van mij geen tips.’
Kort en krachtig
Kort vergaderen heeft volgens Gerrit zeker voordelen. ‘Doordat ik de vergaderingen kort houd, kunnen we ook meer zaken behandelen. Iedereen krijgt bij mij het woord en kan uitleggen wat er in de diverse commissies en werkgroepen speelt. Anderen kunnen daarop reageren en vragen stellen. Daarna is het onderwerp voor die vergadering klaar. De verschillende werkgroepen behandelen zo’n onderwerp vervolgens verder uit. Ik ben zelf geen lid daarvan. Wel ben ik altijd bereid om te helpen als dat nodig is. Als er bijvoorbeeld voor een bepaald onderwerp behoefte is aan meer uitleg of een expert, kijk ik of ik iemand kan vinden die de werkgroepen verder kan helpen. Dat gebeurt vaak samen met onze cliëntenparticipatieadviseur Erol Ayan. Hij kent heel veel mensen binnen het UWV en weet daardoor vaak goed wie we waarvoor kunnen benaderen. Ook dat scheelt veel tijd. En door ook tijdens die gesprekken kort en zakelijk te zijn, krijg je op korte termijn veel informatie waarmee je als cliëntenraad weer verder kunt.’
Gerrit benadrukt overigens wel dat deze manier van werken niet automatisch betekent dat zaken ook snel geregeld zijn. ‘Je doet als cliëntenraad voorstellen, waarvan sommige wel en andere weer niet worden overgenomen. Vaak is het daarna een kwestie van lange adem voordat ideeën en adviezen van de raad ook echt zijn doorgevoerd. Wat dat betreft heerst er bij UWV wel een beetje een ambtenarencultuur.’
Geen derde termijn
‘Acht jaar geleden ben ik ook meteen vicevoorzitter geworden. Daardoor heb ik dit “vak” van heel dichtbij kunnen meemaken. Maar ik doe het zeker niet op dezelfde manier als mijn voorganger. Ik heb zo mijn eigen stijl en het is aan de raad of zij die accepteren of niet. Ik denk dat ze dat wel doen, want er is mij gevraagd of ik niet wil aanblijven en een derde termijn wil aangaan. Dat doe ik dus niet. Ook mijn opvolger – ik ga in maart 2013 stoppen – zal zijn eigen pad daarin moeten vinden. Wat dat betreft van mij geen tips.’
Kort en krachtig
Kort vergaderen heeft volgens Gerrit zeker voordelen. ‘Doordat ik de vergaderingen kort houd, kunnen we ook meer zaken behandelen. Iedereen krijgt bij mij het woord en kan uitleggen wat er in de diverse commissies en werkgroepen speelt. Anderen kunnen daarop reageren en vragen stellen. Daarna is het onderwerp voor die vergadering klaar. De verschillende werkgroepen behandelen zo’n onderwerp vervolgens verder uit. Ik ben zelf geen lid daarvan. Wel ben ik altijd bereid om te helpen als dat nodig is. Als er bijvoorbeeld voor een bepaald onderwerp behoefte is aan meer uitleg of een expert, kijk ik of ik iemand kan vinden die de werkgroepen verder kan helpen. Dat gebeurt vaak samen met onze cliëntenparticipatieadviseur Erol Ayan. Hij kent heel veel mensen binnen het UWV en weet daardoor vaak goed wie we waarvoor kunnen benaderen. Ook dat scheelt veel tijd. En door ook tijdens die gesprekken kort en zakelijk te zijn, krijg je op korte termijn veel informatie waarmee je als cliëntenraad weer verder kunt.’
Gerrit benadrukt overigens wel dat deze manier van werken niet automatisch betekent dat zaken ook snel geregeld zijn. ‘Je doet als cliëntenraad voorstellen, waarvan sommige wel en andere weer niet worden overgenomen. Vaak is het daarna een kwestie van lange adem voordat ideeën en adviezen van de raad ook echt zijn doorgevoerd. Wat dat betreft heerst er bij UWV wel een beetje een ambtenarencultuur.’