Raadslid

Voorzitter met een bèta-achtergrond

19 mei 2014

Geen thema

Voorzitter met een bèta-achtergrond
Ze is de eerste vrouwelijke voorzitter van de Centrale Cliëntenraad. Daarmee schrijft ze meteen geschiedenis. Maar liever ziet de 57-jarige Cora van der Sel dat de cliëntenraden straks samen de geschiedenisboekjes halen door met elkaar voor een goed georganiseerde en brede cliëntenparticipatie te zorgen. ‘Dat is hard nodig, nu er steeds meer taken en bevoegdheden naar de gemeenten gaan en we dus moeten zorgen voor een goede positie daar. Dat kan alleen als we structureel gaan samenwerken.’
Cora is sinds 1 april voorzitter van de CC. Ze volgt daarmee Rob Karstens op die na 2,5 jaar noodgedwongen vanwege reuma het stokje moest overdragen. Cora is zelf nog steeds herstellende van een zwaar herseninfarct in 2007. Daardoor werd ze van werknemer van het UWV plotseling cliënt van diezelfde organisatie. ‘Ik raakte linkszijdig verlamd en heb lange tijd moeten revalideren’, vertelt ze over die periode. ‘Gelukkig heb ik maar korte tijd in een rolstoel doorgebracht en kon ik uiteindelijk snel weer op mijn benen staan en lopen. Maar helaas heb ik nog wel restverschijnselen, vooral aan mijn linkerhand en een spasme in mijn linkervoet die het goed lopen bemoeilijkt. Met sporten – vooral fitness – probeer ik er weer helemaal bovenop te komen.’
 
Wederzijds respect
Voor 2007 werkte Cora 25 jaar in diverse (bestuurs)functies bij UWV. Zo was ze onder meer regiodirecteur Arbeidgeschiktheid in de regio Leiden en Den Haag en programmamanager WIA. Daarvoor vervulde ze andere managementfuncties bij UWV en het GAK. Ze kent nog veel mensen uit die tijd en ik kan dat netwerk mogelijk gebruiken voor het raadswerk', vertelt ze daarover. De tip die voorganger Rob daarbij geeft, neemt ze graag mee: bouwen aan vertrouwen en samenwerken voor de cliënt. ‘Ik ken Rob niet – hij was al weg toen ik kwam, maar hij heeft het wel over werken aan vertrouwen en daar sta ik helemaal achter. Mijn motto is ook “mensen in hun waarde laten”. Daar ga ik als voorzitter voor. Ik was ook blij verrast met wat ik hier tegenkwam’, vertelt ze verder. ‘De cliëntenraden en het UWV werken met wederzijds respect en op een heel volwassen niveau. Dat wil ik graag verder verdiepen en verstevigen. Communicatie, ook onderling, wordt straks nog belangrijker. De verandering in de uitvoering van de werknemersverzekeringen maakt dat we onderling goed moeten blijven communiceren en samenwerken. Dat is nodig om ervoor te zorgen dat we zicht houden op de uitvoering van decentrale taken door de gemeente. We moeten zorgen dat we ook daar een positie krijgen om de cliëntenbelangen goed te kunnen blijven behartigen. Ik kijk uit naar de manier waarop we de samenwerking met de Gemeentelijke Cliëntenraden gaan vormgeven. Er is daar nog een aardige slag te maken. Samen optrekken voor de UW- cliënt, want daar doen we het voor. Ook de workshop die ik mede begeleid op het congres Cliëntenparticipatie gaat daarover: de cirkel van invloed. Warm aanbevolen dus.’
 
Meetbare prestaties
‘Eigenlijk is mijn grootste hobby zeilen. Dat zeilen zit er met mijn beperkingen niet meer in, dus heb ik deze hobby maar ingeruild voor het lezen van boeken. Ik ben van origine wiskundige en heb jaren in de automatisering doorgebracht. Ik denk dat je die bèta-achtergrond straks ook in mijn rol als voorzitter terugziet. Dat betekent dat de vergaderingen wat mij betreft straks kort en misschien ook wel een stukje zakelijker, zullen zijn en verder wil ik mij hard maken voor meetbare resultaten. We willen als cliëntenraden niet alleen resultaten van het UWV zien, maar we moeten ook voor onszelf meetbare doelstellingen formuleren. Dus terug naar de achterban en hen vragen: Wanneer vinden jullie dat wij het goed doen? En wat vinden jullie van onze prestaties?’ En met een lach besluit ze: ‘Uiteraard mag je mij na mijn voorzitterschap vragen wat daarvan is terechtgekomen.’